Oudermoord is doodslag op de vader, de moeder of andere bloedverwanten in de opgaande lijn.
(Artikel 395 van het Strafwetboek)
Oudermoord is één van de zwaarste misdrijven.
Een kind dat zijn ouder(s) doodt wordt zwaarder bestraft omdat hij diegene aan wie hij zijn leven te danken heeft, doodt.
Daarbij vertoonde hij immers niet alleen geen eerbied voor andermans leven, maar miskende hij het leven van zijn naasten.
Ook een geadopteerd kind dat zijn ouders(s) doodt valt in principe onder deze bepaling.
Oudermoord vereist doodslag. Meer over doodslag leest u hier.
Deze doodslag moet gepleegd zijn ten aanzien van een bloedverwant in de opgaande lijn, waaronder uiteraard de vader of de moeder.
De schoonouders vallen hier niet onder want hebben deze bloedband niet.
De volksjury oordeelt op basis van het dossier en de debatten voor het hof van assisen of er sprake is van bloedverwantschap, zonder daarbij gebonden te zijn door de regels van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot afstamming.
De bloedverwantschap is een persoonlijke verzwarende omstandigheid bij doodslag. Volgend voorbeeld verduidelijkt dit: stel dat een kind beroep doet op een andere persoon om zijn ouder(s) te doden, dan zal het kind vervolgd worden voor oudermoord, maar de uitvoerder voor doodslag of moord.
Van belang daarbij is ook dat bij oudermoord (net zoals bij roofmoord) de voorbedachtheid niet bewezen moet worden, wat wel het geval is bij moord.
Tot slot moet de dader ook de band van (groot)ouderschap tussen hem en het slachtoffer gekend hebben.
Oudermoord wordt bestraft met levenslange opsluiting.
Oudermoord wordt berecht door het hof van assisen.
(image: freepik.com)